donderdag 20 juni 2013

Wonen in een historische kelder: September 1944

Afb. 1 Dorpsstraat met splitsing, uiterst rechts Achterdorpsstraat 1 ca 1960.
Toen mij via via ter ore kwam dat het winkel-woonhuis Achterdorpsstraat 1 in Renkum te koop en leeg stond ben ik op informatie uitgegaan om te kijken of er een mogelijkheid was om de kelder onder dat pand nog eens te bezichtigen en eventueel op foto vast te leggen voor het nageslacht.
Afb. 2 G. v.d. Schouw Jzn. bij ingang kelder onder Achterdorpsstraat 1,
28-10-2008.
Dat lukte en toen ik de contactpersoon mijn verhaal vertelde, maakte hij meteen een afspraak zodat ik met mijn vrouw, dochter en kleinzoon de kelder kon bezichtigen. Zij konden hun ogen niet geloven, zoals wij in die 14 septemberdagen van 1944 in die kelder hadden geleefd.
Aangezien de kelder ‘leeg’ was, was het niet moeilijk hierna een afspraak te maken met fotograaf Evert Overeem om die kelder te fotograferen t.b.v. Het archief van het Genootschap Redichem. Dat is gebeurd op dinsdag 28 oktober 2008.
Toen de foto’s klaar waren, heb ik de uitgave van maart 2001 van "Echo van zes dorpen" erbij gepakt, waarin mijn verhaal staat: "Luchtlanding en Bevrijding, Renkum 1944/1945”. Dit artikel nu is bedoeld om hier eenmalig een aanvulling op te kunnen geven na 12 jaar.
Afb. 3 Europalaan uitkomend op Dorpsstraat.  Rechts witte achterzijde 
van Achterdorpsstraat 1 met zwarte stip, bij  de linker achterhoek 

van het pand.
Zoals ik al aangaf op blz 17, 12e  regel van voornoemde uitgave, kwam op 17 sept. 1944 een granaat in de woonkamer van Achterdorpsstraat 3 terecht, niet rechtstreeks, maar via Huize Frisia en langs het slachthuis van Slager van Beek (zie op Afb. 3 de vette pijl naar de zwarte stip van het schampschot). Die nacht vielen de granaten rondom...
Afb. 4 Noordwand kelder met toegangs-trap. Links pekelbakken.
Rechts G. v.d. Schouw Jzn.
Op blz. 18 regel 9 van bovengenoemd Echo-artikel staat hoe we overleg pleegden met de heer van Beek om een noodvoorziening in zijn spekkelder te mogen maken. Wij kwamen uit op 23 personen en kruidenier Jantje Jacobs begreep dat het overvol zou
Afb. 5 Achterwand "spekkelder" t.o. Toeganstrap met "badkuip". Zoldering
met vleeshaken. Rechts pekelbakken. Links boven het kelderraam.
worden en zocht zelf naar een ander onderkomen met zijn vrouw en twee dochters. Zo schuilden we de eerste nacht van zondag 17 op maandag 18 september. ’s Maandags kwamen wij amper buiten.
Na nog één overnachting(d.w.z. de 2e nacht), besloot de familie Peelen naar familie op de Hogenkamp te gaan, ver uit het schootsveld, aangezien mevrouw Peelen in verwachting was, wat pas later bleek, toen in april 1945 dochter Fien werd geboren. Sorry dat ik deze familie was vergeten in mijn verhaal van maart 2001.
De eerste nacht verbleven wij met 5 gezinnen, met 23 personen, in deze kelder en wel als volgt:
1.      familie D. van Beek ; de heer en mevrouw + Lidia, Cor, Jorien: 5 personen,
2.      familie H. Kaal; de heer en mevrouw + dochter: 3 personen,
3.      familie J. Peelen ; de heer en mevrouw + Door en Bep: 4 personen (na 2 nachten vertrokken),
4.      familie A. de Boer; de heer en mevrouw + Aart en Celia: 4 personen (na vier nachten vertrokken)
5.      familie J. van der Schouw; opa, tante Co, pa, Gerard, Fien, Dolf en mw Peperkamp (nicht): 7 personen
Afb. 6 Buitenopening van kelderraam  onder Achterdorpsstraat 1, 28-10-2008
Na twee nachten bleven wij dus nog met 19 personen over, maar het was erg benauwd. Daarop besloot na 4 nachten ook de familie de Boer te vertrekken en wij hebben dus met 15 personen verder in de kelder gebivakkeerd tot zondag 1 oktober. Het “leven” in zo'n kleine kelder is nu niet meer te bevatten, maar men zegt wel eens: "Er gaan veel makke schapen in een hok".
Afb. 7 Kelderraam aan de binnenzijde
We probeerden tussen de gevechten door in de rustpauzes brood bij bakker v.d. Burg te bemachtigen. Omdat dit gebeuren in september plaatsvond en de oogst al binnen was gehaald, hadden we allen wel wat voorraad in huis, d.w.z. alles zat in de weckpotten, in Keulse potten en aardappelen in de eigen kelder opgeslagen. In zo'n rustpauze werd er gauw een emmer piepers en een pan gehaald en in de “spekkelder” was ‘t dan piepers jassen. Was het klaar, dan “in de rust” gauw op het eigen fornuis een stamppotje klaarmaken. Voor het vlees zorgde slager van Beek.
Afb. 8 G.v.d.Schouw Jzn. op zijn slaapplaats van september 1944. 
Er was ook een emmer met een deksel waarop je je behoefte kon doen als je niet naar buiten kon. Als er dan even de kans was werd de volle emmer in de wc geleegd.
We hadden op de betonnen vloer een kokosmat gelegd, dit tegen de koude voeten en de kinderen speelden hierop. Of zij speelden op het “bed” in de spekbakken. Dan gingen de matrassen en de dekens aan de kant. Totdat er weer granaten vielen, dan was iedereen weer angstig stil. Ook als we de laarzen van de Duitsers hoorden! De eerste week was men allemaal erg behulpzaam voor elkaar, maar na zo'n 10 dagen werd men oververmoeid door angst, te weinig lucht en te weinig slaap. We zaten eigenlijk gevangen vlakbij  je eigen huis. Er moest een oplossing komen en die kwam van bovenaf: het bevel om te evacueren. Het wonen in de kelder zou slechts voor een paar dagen zijn, maar dat kwam anders uit. Het was niet anders dan huis en haard te verlaten, niet wetende dat het maanden zou gaan duren! De dag vóór de evacuatie, 30 september 1944, was het erg rustig, tijdens zo’n rustperiode zagen Henk Jansen (van de smid) en ik een gesneuvelde Engelse militair liggen, op de kleibult nabij de Melkdam (zie foto 2). Wat later zagen wij een platte wagen met slachtoffers die naar de Rode Kruis Post werden vervoerd. Bij deze ellende zijn we naar huis gegaan, en de volgende dag moesten we evacueren.
Zodra de bewoners van het dorp waren geëvacueerd, zijn de huizen aan de zuidzijde van de Dorpsstraat platgebrand , dit waren de nrs. 2 t/m 24. (zie fotocopie III). Hierdoor had men vanuit de steenfabriek de Jufferswaard een beter schootsveld. Hierna heeft de dorpskern van Renkum er ook flink van langs gehad. Hiervan getuigt ook het boek van G.H. Maassen, "Vier geschonden dorpen".
Afb.9: Doorsnede "historische kelder" onder Achterburgstraat 1, sept.1944
Nadat op 5 mei de capitulatie was getekend in Wageningen zouden we allemaal mondjesmaat weer naar huis kunnen terugkeren, maar niets was minder waar! Er was zoveel vernield en beschadigd dat er eerst huizen bewoonbaar moesten worden gemaakt. De huizen die niet hersteld konden worden, werden afgebroken. Het puin daarvan is naar de oostkant van het Renkumse Veer en de krib in de Rijn werd gedumpt. Bij die laatste categorie hoorde helaas ook ons huis. Ons werd op 20 juli 1945 een huis aan de Hogenkampseweg aangeboden. Fijn, we hadden weer een dak boven ons hoofd! Wel misten we de sfeer van de Dorpsstraat, de uiterwaarden en de Rijn met z’n zwembad, de schepen en de veerpont!
De Don Boscoschool is zowel in mei 1940 als van 18 september 1944 tot de bevrijding een centrum van de Duitse vijandelijkheden geweest. In mei 1940 stond op de tegenoverliggende velden langs de Schoolweg een rij van 5 “Dikke Bertha’s” opgesteld om de vooruitgeschoven SS-posten richting Rhenen dekking te geven, o.a. die aan de Dolderstraat in Wageningen. In september 1944 werd het schoolgebouw gebruikt om, langs de R.K. Kerk, de Schoolweg en hoek  Dorpsstraat, de (Engelse) bevrijders uit de Jufferswaard te verdrijven. Hier bevond zich het centrale strijdtoneel in Renkum. Dit blijkt ook uit het boek “Vier geschonden dorpen”van G.H. Maassen.
Het zou dan ook zeer op z’n plaats zijn als op het dat kruispunt of bij de Melkdam of bij het schoolgebouw aan de Don Boscostraat, een gedenkzuil met plaquette werd geplaatst opdat de kinderen en andere Renkumers daar bijv. op 17 september (of 5 mei) bijeen zouden kunnen komen en de strijd herdenken die hier voor onze vrijheid heeft plaats gevonden.
In de Gelderlander van 11 april 2013 lazen we dat, op verzoek van de Market Garden Foundation, een gedenkzuil wordt geplaatst bij de Naald bij Hartenstein. Terecht, zoals het ook goed zou zijn ook in het dorp Renkum een gedenkzuil te hebben ter ere van onze vrijheidsstrijders, o.a. van de B-compagnie van het 1e bataljon Border Regiment.
De vrijheid die we nu beleven is ondanks alles met géén goud te betalen. Want "Wie de oorlog heeft geproefd, weet hoe de vrede smaakt!"

Gerard van der Schouw Jnz., Wageningen,           5 mei 2013

Geen opmerkingen:

Een reactie posten